zondag 28 december 2014

Het jaar van Djoelie

Zoals elk jaar denkt facebook perfect te weten hoe mijn jaar er uitzag door een compilatie te maken van foto’s. Yeah right, stomme facebook. Je weet er niets van. Ik zal zèlf wel mijn jaaroverzicht maken.

Mijn mama
Op 8 februari, ’t was een zaterdag, zat ik gezellig met mama in de zetel. Heerlijk avondje was dat. Lekker knus samen in de zetel, lui TV kijken, af en toe babbelen over de komst van de baby. Gewoon zalig.
De dag erna ging de telefoon. Papa helemaal over zijn toeren. Wij naar spoed. Het leven veranderde toen en het wordt nooit meer hetzelfde. 2014 moest een prachtig mooi jaar worden, maar in februari was het al om zeep. 2014 werd het jaar waar ik de grootste hekel aan heb. Enige lichtpuntje in deze duisternis: mijn mama is er nog!



17 juli
Snikhete dag, BBQ en playbackshow op ’t werk. En toen weer de telefoon. Water gebroken. Snel naar huis en snel naar het ziekenhuis. Stresskip tot en met. Enkele uurtjes later werd onze Lore geboren. Een mini-mensje. Prachtig en klein. 2014 werd het mooiste jaar van mijn leven.



Getuige
Ik kreeg de eer en het genoegen om getuige te zijn van mijn zusje die het huwelijksbootje instapte met Mehdi. Proficiat, lieve zus!


Solliciteren solliciteren, wie z’n best doet zal het leren
De zoveelste sollicitatie in mijn leven bracht me het resultaat waar ik nooit meer op hoopte en die zo’n ver-van-m’n-bed show leek: vast werk! Een vast voltijds contract van onbepaalde duur voor altijd en zonder einddatum. Waw! Kers op de taart: als coördinator van de oudercrèche in Oostende. Niet zomaar een vast contract, maar een super fancy job waar ik in m’n wildste dromen niet van durfde dromen. Ik voel me vereerd dat ik deel mag uitmaken van dit project! In 2014 ontmoette ik trouwens ook Peter Adriaenssens *trots*.
2014 werd een bijzonder jaar dat me plots wel heel welgezind is.


Huisje tuintje boompje
Daar ergens tussenin werd ik ook nog eens huiseigenaar met mijn allerliefste schat. Voor de geboorte van Lore gingen we (zij hoogzwanger, ik lekker fit) met onze fiets naar een huis kijken. Onderweg zeiden we nog voor de grap: “We gaan eens een huis gaan kopen é”. Een uurtje later stonden we weer buiten: “We hebben juist een huis gekocht”. Drie maand later de verhuis, bovenop mijn nieuwe job en de zorg voor de baby. Een combinatie die ik lang onderschat heb maar gelukkig wel overleefd heb (ik raad het niemand aan, dat op zich is al een blog waard).



Wil je? Jaaaaaaaa!
Geen uitleg nodig zeker?


Op naar 2015
2015 wordt het jaar waarin:
  • Ik officieel mama zal worden van Lore!
  • We onze weg zullen zoeken in het leven van de tweeverdiener
  • Ik meter word van een jongetje
  • Op kampeerreis ga met mijn gezin tijdens mijn verlof (ja, ik heb verlof vanaf nu hoera)
  • Lore leert stappen (en het kan voor haar niet snel genoeg gaan)
  • Zoals beloofd meer tijd zal maken voor mijn vrienden!
  • Ik aan de zijlijn zal staan van enkele prachtmensen die zullen trouwen


zondag 23 november 2014

Hallo, ik ben jouw mama. Ken je me nog?

Een levenslange droom is in vervulling gegaan: mama worden. Het prachtigste wat er bestaat. Ik hou zielsveel van Lore. Maar het moederschap heeft ook nadelen. Of beter gezegd het ouderschap. Ik ben geen doorsnee moeder die na de bevalling lekker lang thuis kan blijven met de baby. Drie weken na de geboorte was het al van dat. Terug naar het werk, kindje thuis laten met mamie en minder tijd doorbrengen met baby en moeder. Zo is het als meemoeder* of als vader. Je kan amper 10 dagen bij je pasgeboren baby zijn, en daarna staat je vrouw er helemaal alleen voor. Verre van ideaal voor allebei. Vier maand later merk ik daar al heel wat gevolgen van die een invloed hebben op mijzelf, maar ook op Lore en op An (de andere mama van Lore).

Als ik thuis ben, geniet ik van de momentjes met Lore, maar soms huilt een baby (echt waar, ik verzin dit niet). Dan probeer ik haar wel eens te troosten, maar meestal is het gewoon gemakkelijker om haar dan af te geven aan de mama waar ze constant bij is, want daar wordt ze meestal veel rapper rustig. Ik merk dat ik daardoor veel vaker en veel sneller ga opgeven en de baby wil doorgeven. Fout, toch? Een mama troost liever zelf haar kindje?

Ondertussen voel ik nu al een grote achterstand ten opzichte van Lore’s mamie. Begrijp me niet verkeerd, het is geen wedstrijd om de meest geliefde moeder te zijn. Maar het lijkt me wel iets praktischer voor Lore dat ze twee mama’s heeft waar ze evenveel van houdt en bij wie ze terecht kan met eender wat. Nu is dat niet zo. Door vijf maanden continu samen te zijn, zijn Lore en An één geheel geworden en daar sta ik naast. Na die vijf maanden gaat An terug werken en zullen we elk even veel tijd kunnen doorbrengen met onze dochter. Dan kan alles in evenwicht komen. Maar daar geloof ik eerlijk gezegd niet in. Ik heb al bij andere koppels gezien hoe het loopt. Tijdens de moederschapsrust ontstaat er een rollenpatroon in het gezin. Vader gaat werken, moeder zorgt voor het kind. Na de moederschapsrust is het heel moeilijk om uit dat patroon te geraken, want je bent het ondertussen al zo gewoon dat je als moeder zelf instaat voor de zorg van het kind. Waarom zou je het ook uit handen geven als je het zelf zoveel beter kan? Als vader, of meemoeder in dit geval, is het dan heel moeilijk om ook een plaatsje te vinden, om ook de zorg op te nemen voor je kind, terwijl je vrouw er zoveel beter in is dan jijzelf. Geraak daar maar eens uit hé!

Ik kan toch lekker zagen over hoe oneerlijk het wel is. Er is helemaal niets aan te doen en deze woorden lijken verloren te zijn. Maar mijn zus vroeg me dit stuk te schrijven om aan te tonen dat het helemaal niet aan het mannelijke geslacht ligt dat zij de zorg voor de kinderen minder opnemen. Ik ben geen man, maar een vrouw met een héél sterk moedergevoel (dat nu te weinig tot z’n recht kan komen). De oplossing voor dit probleem? Ik citeer mijn zus: “Ik vind dat ze verplicht drie maanden geboorteverlof moeten invoeren voor niet-geboortemoeders (vaders, meemama’s…). Is eerlijker voor iedereen”.

*Meemoeder: de moeder in een lesbisch ouderpaar die het kind niet heeft gebaard.

dinsdag 30 september 2014

Klets boem patat

Een maand ongeveer liep ik als een kieken zonder kop van het ene naar het andere. Starten in een nieuwe job, naar de notaris snellen na de eerste werkdag voor de akte van ons huis, verhuis dozen bijeen verzamelen, dozen vullen, nieuw huis klaarstomen, verf kiezen, gordijnen kopen, lampen zoeken in de winkel, m'n best doen op m'n nieuwe job, af en toe toch proberen een beetje tijd door te brengen met Lore, verhuizen, oude huis in orde brengen, nog steeds m'n best doen op het werk. In die maand waren de bezoekjes naar mama heel miniem en eerder routineus. Gisteren eindelijk nog eens een moeder-dochter avondje gehad met de beste mama ter wereld. Na die maand mezelf af te zonderen van de hele situatie kwam het allemaal weer op me af. Het besef van hoe mijn nieuwe mama nu is en hoe ze nooit meer mijn oude mama gaat worden. Het besef dat het ongeveer acht maanden geleden is dat ik met haar een gesprek had en dat ze een doodnormaal leven had van gaan werken, vrije tijd en gezin. Het besef dat ze veel gelukkiger zou moeten zijn met haar kleinkinderen en dat ze er veel meer van zou moeten kunnen genieten. Het besef kwam terug.

Is het iets dat ik ooit ten volle ga kunnen aanvaarden? Ik denk het niet. Ik denk dat het een immens grote kras op m'n ziel is die nooit meer volledig zal helen.

zaterdag 28 juni 2014

Baaldag

Er zijn zo van die dagen dat het weer eens wat moeilijker is. Moeilijker om te aanvaarden dat het leven niet meer is zoals het was, en dat het ook nooit meer hetzelfde zal zijn.

28 juni is de dag van mijn geboorte. Mijn mama had de gewoonte om me elke 28 juni om 0 uur een smsje te sturen om te zeggen hoe fantastisch ze het vindt om al 23-24-25 jaar mijn mama te mogen zijn. Ze moest altijd de eerste zijn om me te feliciteren met mijn nieuwe leeftijd.

Dit jaar gebeurde er niets om 0 uur. Toch niet op mijn GSM. Er gebeurde wel iets in mij. Het besef kwam terug en daarmee ook het verdriet. Ik ben op het moment van dit schrijven precies 26 jaar, maar van mama hoor ik niets. Ik weet dat ze het wel zou willen doen. Maar ze kan het niet.

Ondertussen al heel wat felicitaties gekregen, maar geen van haar. Hoe erg zou ze het vinden dat al die mensen haar zo gemakkelijk voorbij steken?

woensdag 4 juni 2014

Het leven van een interim

Sinds ik afgestudeerd ben als opvoedster ben ik gestart op de arbeidsmarkt. Ondertussen heb ik er al vijf jaar opzitten als werkmens. En toch heb ik nog steeds geen vast werk. Ik huppel van de ene interim naar de andere. Soms zit er veel tijd tussen twee jobs, waardoor ik een hele periode werkloos ben en ‘profiteer’ van de maatschappij. Of zo zouden sommigen het toch omschrijven. Andere keren overlappen twee jobs waardoor ik één moet afwijzen om op de andere te kunnen ingaan. Dat lukt me allemaal wel. Dat is nu eenmaal het leven van een interim. Maar waar ik het wel moeilijk mee heb, is die job(s) combineren met mijn leven. Naast je werk heb je meestal een eigen leven, en meestal lukt het wel om die twee samen uit te voeren. Maar soms gebeuren er dingen in het leven die dat moeilijker maken.

Sinds februari neemt mijn zus zorgverlof, om meer tijd te kunnen maken voor mama. Prachtig, dat systeem. Je moeder wordt ernstig ziek en je vreest voor haar leven. Maar ondertussen kan je als dochter wat minder werken en je meer bekommeren om je zieke moeder. Zo hoort het ook, want mama deed het ook voor ons als wij ziek waren. Maar wat als je interim bent? Op het moment dat mama ziek werd, wachtte ik twee dagen ‘werkloos’ tot de vervanging van mijn interim in Spes Nostra van start zou gaan. Ik wist vanaf dag 1 dat ik niet in staat zou zijn om diezelfde week leerlingen te gaan begeleiden op stage. Toen vreesde ik niet enkel voor mijn moeder, maar ook voor mijn verlenging op mijn werk. Als je interim bent, bestaat er geen zorgverlof. Er bestaat helemaal niets. Er bestaat werken of niet werken. Je kan enkel hopen op wat menselijkheid van je directeur en ik prees mezelf gelukkig met de directeur van mijn school. Zelfs de dagen dat ik er niet was in de eerste week, liet ze me in dienst.

Nu zijn we vier maand later en twee jobs verder. Ik startte maandag als opvoedster. Een prachtige interim werd me voorgeschoteld en die wou ik absoluut niet laten liggen. Tenslotte moet je als interim ook werken voor de kost, en zeker als er een kindje op komst is. Een voltijds contract voor drie maanden, en toch terug beschikbaar op 1 september. Ideaal, perfect. Tijdens de selecties heb ik bewust niets verteld over het kindje dat er in augustus zou komen, midden in die vervanging. Op mijn eerste dag vertelde ik het er wel, zodat men daar toch op de hoogte is. Maar dat werd niet in dank afgenomen. Het schept geen vertrouwen dat ik dat verzwegen heb en ik heb ze een ‘pee’ gestoofd. Met andere woorden, als ze het zouden weten, zou ik de job niet gekregen hebben. Na een heel gesprek met de meest belachelijke uitspraken zoals: “Je kan in die periode wel nachten komen doen hé, dan begin je om 18u en kan je naar huis om 9u. Je bent er dan bij overdag als er bezoek is in de kliniek en hier kan je slapen”, of “Iedereen wil zijn congé hoe het voor hem past, maar er zijn wel grenzen hé”, voelde ik me schuldig. Ik voelde me schuldig omdat ik een kindje verwacht. Dat kan toch de bedoeling niet zijn!? Ik heb toch even veel recht om een leven te hebben als iemand met een vast contract? Het is toch niet omdat ik als interim werk, dat ik geen kindje mag kopen, of dat mijn moeder niet ziek mag worden? Of moet ik dan niet werken in die periode dat ik een kindje krijg? Moest ik direct de vacature naast me neerleggen, omdat het toevallig in de periode van de bevalling is? 

vrijdag 23 mei 2014

Dochter van...

Sinds enkele weken ben ik weer meer in Zuienkerke. In de school waar ik zelf mijn broeken, rokken en kleedjes versleet als klein hummeltje ben ik nu zelf juf. Ik word er vaak aangesproken als dochter van. Veel ouders en grootouders komen naar me toe en leggen de link tussen mijn vader en mij. “Ben jij de dochter van Gilbert?” hoor ik daar net iets te vaak. Het verveelt me gewoon zo dat ik daar gezien word als de dochter van Gilbert, terwijl ik ondertussen toch mijn eigen leven heb en mijn eigen persoon ben. Vandaag werd ik nog maar eens aangesproken door een oma: “Ben jij de dochter van…” Haar zin was nog niet af, maar het gevoel van ergernis en verveelde herhaling kwam in me naar boven. Maar toen hoorde ik “Marleen”. “Ben jij de dochter van Marleen?” vroeg ze me. Ze zag het aan mijn gezicht, omdat ik zo goed op haar lijk. Mijn lijf werd gevuld met een warm gevoel van intense trots. Je moet weten dat mijn mama eigenlijk een hele knappe dame is. Op haar lijken is dus een zeer mooi compliment.

De oma in kwestie was een oude klasgenoot van mama. Ze zaten samen in de klas in de Maricolen en zijn dus even oud. Toen ze het nieuws over mama hoorde, was ze geschrokken. Zo geschrokken was ze, dat ze haar eigen levensstijl volledig over een andere boeg gooide. Daardoor is ze fitter, energieker en gezonder en daarvoor is ze mama zo dankbaar. “Geen dag gaat er voorbij dat ik niet aan haar denk”, zei ze. Dat ze dat zei, heeft me diep geraakt. En op het moment dat je van jezelf denkt dat je het onder controle hebt als mensen vragen naar mama, dat je er gewoon op kan antwoorden zonder emotioneel te worden, slaagt een total stranger er toch in om een traantje uit me los te weken. Ik denk dat dat nooit zal over gaan. 

zondag 11 mei 2014

Moederdag

Moederdag 2014, een hele bijzondere moederdag. Het is het laatste jaar dat ik zelf geen moeder ben. Het laatste jaar dat ik niet weet en niet besef wat het is om een moeder te zijn. Maar deze moederdag is ook bijzonder omdat het geen vanzelfsprekendheid is dat je er nog bent. Daarom hebben we zoveel reden om te vieren dat je onze moeder bent. Jij bent echt wel de allerliefste mama in de hele wereld. Dat heb ik de voorbije maanden des te meer ondervonden. Zelfs in deze situatie slaag je erin om een echte moeder te zijn. Je troost ons als we het moeilijk hebben, ook al heb jij het duizend keer moeilijker dan ons. Je lacht mee als we leuke dingen vertellen. Je toont oprechte interesse voor wat we doen in het leven. En bovenal, je zegt ons dat je ons graag ziet. Liefste mama, het is niet in woorden te omschrijven hoe graag ik je zie. 




dinsdag 6 mei 2014

Petje af voor ons

Begin februari werd ons leven compleet ondersteboven gegooid. Heel wat mensen zaten met ons en met onze mama in, waren bezorgd en vroegen hoe het met haar was. Drie maanden later hebben we onze draai in het leven een beetje teruggevonden. De situatie verandert, maar blijft er wel. Veel mensen hebben zo’n bewondering voor onze vader, om wat hij allemaal doet voor mama. Maar ik vind dat mijn broer en mijn zus ook veel bewondering verdienen. Het leven loopt voor ons ook niet meer zoals het zou moeten. En mensen staan er vaak niet bij stil dat wij dat moeten zien te combineren met een gezin, een drukke job, een relatie waar we aandacht aan moeten besteden.

Mijn zus zit gevangen tussen de zorg voor onze moeder en de zorg voor haar eenjarige prinses. Elke week rijdt ze meerdere keren van Antwerpen naar Brugge om bij mama te zijn. Soms neemt ze Martha mee en beperkt ze zo de tijd van dat kleine mormel om te spelen of te slapen. Soms laat ze Martha thuis zodat ze meer kan spelen en slapen, maar dan ziet ze haar wel niet die dag. Ik heb er bewondering voor dat ze ondanks die moeilijke keuzes toch zo vaak blijft komen naar mama.

Mijn broer heeft een drukke job, en werkt daarnaast graag thuis nog meer. Een echte workaholic is hij, net als mama. Maar toch slaagt hij erin na een drukke werkdag steeds langs te komen in het ziekenhuis, en een heel eind bij mama te zijn. Soms is het vermoeiend, als mama iets wil zeggen en wij te moe zijn om te raden. Het is voor niemand leuk of gemakkelijk. Maar soms wil je gewoon in je zetel liggen en je eigen ding doen. Dat doen we niet, want we willen er zijn voor mama. Ik heb er bewondering voor dat hij ondanks die drukke dagen, toch altijd nog tijd maakt voor mama.

Daarom liefste broer en zus, petje af voor jullie! Ik kan me geen betere broer en zus inbeelden. Dat wist ik voordien al, maar dat hebben jullie sinds februari honderd keer en meer bevestigd. 


zondag 27 april 2014

Mijn moeder is er nog

Mijn dankbaarheid voor het leven is niet in woorden te omschrijven. Mijn liefde voor mijn moeder is ook niet in woorden te omschrijven. Maar iedereen kan het wel begrijpen, denk ik. Bedenk maar eens dat je plots je moeder verliest, zonder waarschuwing, zonder aankondiging. De ene dag doet ze nog een banaal herstellingswerkje voor je, en de andere dag is het voorbij. Maar wat als het niet helemaal voorbij is? Je krijgt een tweede kans, en je kan daardoor je mama nog bij je houden. Ook al is ze dan niet meer zoals ze was, toch ben je zo ongelofelijk dankbaar voor haar aanwezigheid, voor haar bestaan.

Als ik nu naar mijn moeder kijk en zie wat ze nu al bereikt heeft, vind ik haar onwaarschijnlijk sterk. De dokters waren vreselijk negatief. Het was nooit zeker of ze nog zou kunnen praten met ons. Lezen en schrijven was iets wat ze heel waarschijnlijk nooit meer zou kunnen. Maar ondertussen leest ze, en dat doet ze zelfs heel vlot.

Als ik nu denk aan de eerste dagen dat mijn moeder in het ziekenhuis was, aan wat de dokters ons vertelden en aan wat wij toen dachten, kan ik niet anders dan dankbaar zijn om de beslissing die we toen maakten. We gaven onze moeder het leven, en daar ben ik nog steeds dankbaar voor. Als we toen de verkeerde beslissing hadden gemaakt, was ze er nu niet meer. Dan was ik een dochter zonder mama. Elk momentje met mijn moeder ben ik dankbaar dat ze er nog is, dat ze voor ons vecht. Elke kleine glimlach betekent nu de wereld voor me. Alles wat we nu nog krijgen is een geschenk. Dit zijn momentjes die ook niet meer konden bestaan, en daarom zijn ze me zo dierbaar.



zondag 30 maart 2014

7 weken

Zeven weken na datum, zeven weken binnen, zeven weken in bed... Gisteren genoot mama voor het eerst in zeven weken nog eens van de buitenlucht en van de zon. Heerlijk moment dat ik met veel plezier kon delen met mijn zusje. Heerlijk genieten met z'n drietjes.

donderdag 13 maart 2014

Moment lik licht

Als mensen me vragen hoe het met me gaat, zeg ik meestal dat het gaat. Als mensen me vragen hoe het met mama gaat, zeg ik meestal dat het beter is en dat ze langzaam aan vooruit gaat. Maar echt eerlijk is dat niet. Ik sluit me af van de realiteit en de echtheid van de situatie. Ik sluit me op in een doos. Die doos geeft me rust en laat me genieten van de kleine dingen, zoals mama die me knuffelt, mama die een zoen geeft, mama die spontaan ‘godverdomme’ zegt als het haar niet lukt om te zeggen wat ze wil. Zondag besloot mama dat het tijd was om de doos eens wijd open te zetten en mij daar uit te halen. Martha was op bezoek en dat was voor mama heel confronterend. Het is zo ontzettend moeilijk om haar kleinkind te zien en haar niet zelf te kunnen oppakken. Ze ziet ons weg en weer stappen met Martha en vindt het leuk om te zien hoe dat klein hummeltje begint te stappen en daar zoveel plezier in heeft. Maar tegelijk is het ook een kwelling dat ze niet zelf achter haar aan kan hollen. Mama’s hart breekt als Martha op bezoek komt, want de confrontatie met haar gebreken is dan nog zoveel harder. Zondag vertelde mama ons dat, met haar ogen weliswaar. Ik kwam uit mijn doos en ik besefte plots hoe ernstig mama eraan toe is en welke gevoelens zij daarbij heeft. Ik besef maar al te goed dat het verschrikkelijk is voor mama dat ze iets wil zeggen, maar het niet kan. Als ze iets wil vertellen, zegt ze steeds dezelfde woorden. Ze kiest die niet zelf. Haar brein kiest die voor haar. De frustratie en teleurstelling is op haar gezicht te lezen als het haar weer eens niet lukt om te zeggen wat ze wil zeggen.

Ik ben bang voor wat komt, maar nog meer voor wat niet komt. Het is beangstigend om aan de toekomst te denken. We weten niet wat mama gaat kunnen opnieuw leren en wat niet. Maar wat als het haar nooit meer lukt om te spreken? Wat als het haar nooit meer lukt om te zeggen aan ons dat ze ons graag ziet? Wat als ze nooit meer met Martha kan spelen? Wat als mama voor de rest van haar leven zo hulpbehoevend blijft dat ze niet eens zelf kan beslissen om vanuit haar stoel in haar bed te gaan liggen? Ik weet dat ze dat niet wou. Iedereen die haar kent weet dat. Maar daaraan denken is ondraaglijk. Daarom kies ik ervoor me terug in die veilige doos te verstoppen. Daar krijg ik de kans om gewoon heel erg blij te zijn dat mijn mama nog leeft. Ik kan dolgelukkig zijn als ze mijn naam zegt, of als ze Mattias of Sofie of Martha zegt. Ik kan haar knuffelen, we geven zoentjes aan elkaar en we zijn lief voor elkaar. Ik kan ervan genieten als ze lacht met ons en ik kan ervan genieten als ze geniet van haar boterhammetje met confituur. De ontkenning lijkt dom, maar het is voor mij nodig om te overleven. Dus laat me nog even in die doos en laat me gewoon genieten van elk klein momentje met mijn mama. 

vrijdag 7 maart 2014

En toen zei ze...

Mijn naam! Mijn mama zei mijn naam. Big deal, right! Je moeder die de naam zegt van haar eigen kind. Het lijkt zo simpel en zo voor de hand liggend. Maar dat was het een volle maand helemaal niet voor de allerliefste mama van heel de wereld. Een hele maand heeft ze mijn naam niet uitgesproken. Ze zei vaak Sofie. Af en toe zei ze ook Mattias. Maar vandaag zei ze Julie! Ik kreeg de tranen in mijn ogen. En alsof dat nog niet genoeg was, kreeg ik een zoen van mama. Een echte zoen met tuitende lippen. Het lijkt heel banaal, maar in feite is het zo belangrijk en zo groots dat je graag gezien wordt door je mama. 

Roze en grijs

Een baby op komst. Er is toch geen leuker moment in je leven dan dat. Je leeft op een roze wolk, met je hoofd helemaal in babysfeer. Heerlijk! Tot de roze wolk genadeloos opzij geduwd wordt door een donkergrijze wolk. Het is gek om mijn meest favoriete moment te beleven in combinatie met het ergste wat ik ooit heb meegemaakt. Aan de ene kant het verlangen naar de baby, de blijdschap rond de zwangerschap waar ik al minstens 20 jaar naar uitkeek. En aan de andere kant… Je weet wel.

Ik val van het ene uiterste in het andere. We kijken op een rustig moment naar geboortekaartjes op internet, en fantaseren over ons kindje en over ons gelukzalig gezinsleven dat er aan komt. Voor mij is dat het ultieme geluk. Of we gaan shoppen en we schuimen alle baby afdelingen af om te kijken naar de schattigheid van de babykleertjes. Maar plots is het tijd om snel te vertrekken. We gaan naar het ziekenhuis. Op bezoek naar mama. Voor de zoveelste keer. Het is elke keer enorm beangstigend om in het ziekenhuis te zijn. Hoe zal ze vandaag zijn? Voelt ze zich wel goed? Heeft ze niet teveel pijn? Daar is die donkere wolk weer.

Het is moeilijk om goed te verlangen naar een baby in een situatie als deze. De donkere wolk stootte me zonder boe of ba van de roze wolk af. Geen roze wolk meer. Enkel het donkere, het zwarte, het slechte. Met veel moeite klauterde ik toch terug de roze wolk op, maar echt roze is die niet meer. De donkere wolk liet toch z’n sporen na en maakte de roze wolk minder roze dan hij zou moeten zijn. 

maandag 3 maart 2014

Moment

Mama en ik hadden ontelbaar veel mooie momenten samen. Ik kan er over vertellen, over die momenten. Maar mama niet. Mama raakt niet meer verder dan moment. En dat doet ongelofelijk veel pijn. Het doet zo'n pijn dat ik niet weet wat mama bedoelt, dat ik niet weet wat ze wil of wat ze voelt. We willen ons uiterste best doen om haar zoveel mogelijk goede moed te geven en om haar steeds opnieuw kracht te geven voor haar strijd. Maar het is verdomme moeilijk om dat te doen als je niet weet wat zij wil.

Is het een moment rust dat je wilt? Een moment alleen met wie dan ook? Is dit een moment waar je van geniet omdat wij er zijn? Of zie je het op dit moment niet meer zitten?  Is dit het moment waar je voor vreesde toen je je wilsverklaring maakte?

Een week geleden stapten we stralend het ziekenhuis buiten. Dolgelukkig met de evolutie die we toen al zagen, zo tevreden dat mama nog steeds mama was en dat ze kon praten met ons. Ik hoop dat dat niet een uniek moment was dat niet meer terugkomt. Maar beangstigend is het wel, je eigen mama niet meer te verstaan. Nog triester is het wanneer je eigen mama geen zin meer heeft om iets te zeggen, omdat het haar toch niet lukt. Don’t slip away.

zaterdag 22 februari 2014

9 februari, een datum die in mijn geheugen geklasseerd staat onder ‘verschrikkelijke dag’

Twee weken geleden stortte mijn wereld in. Plots stond ik voor een leven zonder mama. We beleefden plots onze ergste nachtmerrie. Maar nog meer de nachtmerrie van mama. Ze was bezig met een negatieve wilsverklaring om te voorkomen dat ze met zeer grote hersenschade verder door het leven zou moeten. En om te voorkomen dat wij ons leven niet meer kunnen leiden zoals het zou moeten, omdat zij onze zorgen nodig heeft. We wilden er niets van weten toen ze ons dat vertelde. ‘Nee mama, jij gaat nog lang niet dood. Nee mama, jij gaat nog eeuwen mee en er gebeurt niets met jou, dus denk daar nu nog niet aan’. Dat dachten we toen. En een paar weken later stonden we met haar kladversie in onze handen, te kijken wat ze nu precies had opgeschreven.

We zaten op een rollercoaster van emoties en moesten op elke tussenstop een beslissing nemen die je de rest van je leven met je meedraagt, willen of niet. Wij kozen om te geloven in de mama die we kennen, een doorzetter. Iemand die alles, maar dan ook alles zou doen voor haar kinderen. Wij zijn haar kinderen die alles, maar dan ook alles zouden doen voor onze mama. We kozen om mama een gevaarlijke operatie te laten ondergaan. Zonder de operatie zou ze gestorven zijn. Maar met de operatie maakte ze kans om te revalideren. De neuroloog was positief over haar revalidatiekansen. Hij geloofde erin dat ze nog een kwalitatief leven zou kunnen leiden. De dag na de operatie zagen we een andere dokter die heel wat minder positief was. We waren bang, zo ontzettend bang, dat wij haar in een positie geduwd hadden waar ze zo’n schrik voor had, dat ze niet goed genoeg zou worden en dat er dan niets meer zou zijn om haar uit haar lijden te verlossen. Maar onze mama zomaar opgeven was helemaal geen optie.

We zijn elf dagen later. Ze hielden mama vier dagen in een kunstmatige coma en bouwden daarna de verdoving geleidelijk af. Enkele dagen erna was ze wakker en wist ze wanneer we op bezoek kwamen. We waren gelukkiger dan ooit met een stevige hand van mama. Geen levensloze hand van een slapende mama, maar een stevige handdruk van een wakkere mama. En elke dag opnieuw blijft ze ons verbazen. Ze is er helemaal bij, ze beseft alles en kan zich steeds beter en beter uiten.


Maar het allerbelangrijkste en allermooiste zei mama gisteren aan ons allemaal: “ ’t Is erg, mo kmoen der deure”. En toen waren we dolgelukkig. Onze mama, een vechter! Altijd al geweest. Ze laat zich niet zomaar iets zeggen. Ze volgt niet zomaar de regeltjes van andere mensen! Mama vecht voor haar eigen geluk en nu doet ze het opnieuw. 

donderdag 13 februari 2014

Bloggen over deze week

Bloggen over deze week, het lijkt haast onmogelijk. Het is onmogelijk om alles neer te schrijven op een blog. Er gebeurt veel en alles vliegt aan me voorbij. Plots woon ik terug in Zuienkerke, samen met mijn zus, maar wel zonder onze mama. Onze mama!


Ik had nooit gedacht dat we zo snel samen rond de tafel zouden zitten om met dokters te spreken over mama. Mama heeft er een hekel aan dat dokters óver haar praten, en niet tegen haar. Ze is baas over haar eigen lijf en moet dus altijd alles weten van de dokters. Maar nu was het aan ons om te luisteren naar de dokter, en om beslissingen te nemen. Een beslissing die makkelijk lijkt, maar het helemaal niet is. Mama's leven redden met een operatie waarna ze kan revalideren naar een hopelijk aanvaardbaar leven, of mama nu redden van alle pijn en direct haar 'laatste' wil respecteren? Maar we zijn nog veel te jong om onze mama zomaar op te geven.  Dus we grepen onze enige kans om haar toch nog bij ons te houden. En ik weet zeker dat mama dat zal begrijpen en het ons niet zal verwijten dat we het geprobeerd hebben, ook als blijkt dat ze niet meer goed genoeg wordt. We weten dat ze dat niet wil, maar we weten ook dat mama het zelf hartverscheurend vond om mama te worden en dan haar mama niet te hebben. Ze was zo gelukkig dat zij er voor Sofie kon zijn toen zij mama werd. Maar mama, ik heb jou ook nog nodig! Heel binnenkort zelfs. Ik wil mijn mama erbij als ik mama word. Zonder mijn mama is die blije gebeurtenis ook een trieste gebeurtenis. Dus mama, ik heb je nodig.