dinsdag 28 juni 2011

Verjaardag

Je eigen verjaardag is leuk. Toch als mensen je niet vergeten zijn. Maar eigenlijk is het ook een teleurstellende dag. Elk jaar kijk ik erg hard uit naar mijn verjaardag. Maar op het moment dat ik écht jarig ben, gebeurt er niets bijzonders, en dat vind ik jammer. Ik zou willen dat die dag niet zo onopgemerkt voorbij gaat, maar dat er vuurwerk uit mijn gat en oren komt, dat ik er als een prinsesje uitzie de hele dag, en vooral dat ik me jarig voel. Ik zou wel eens willen weten wat een jarig gevoel is, maar volgens mij is dat heerlijk. Tenzij je honderd wordt. Dan is het maar een domper, met dat derde getalletje daarbij. 

dinsdag 21 juni 2011

Over huizen en appartementen

In de afgelopen weken heb ik veel huizen en één appartement gezien in Brugge. Aan de buitenkant én aan de binnenkant. Ik zag rechte muren, scheve muren, zelfs ronde muren. Ik zag kleine toiletjes waar je met je benen in de lucht moet zitten wegens plaatsgebrek, maar ik zag ook een badkamer mèt terras. Ik zag een ronde keuken, een kleine keuken en een grote keuken. Ik zag een grote koer met een springkasteel, een minikoer met een vuilbak, en een badkamerkoer met een badkamer. Ik zag een lelijke straatnaam, een moeilijke straatnaam en een normale straatnaam. Ik zag een vermoeide makelaar, een fitte makelaar en een hyperactieve makelaar. Ik zag een hokje voor de wasmachine, een hokje voor de kleren, een hokje voor de bortsels, en geloof het of niet, ik zag zelfs een hokje voor de apothekeres.
Alle gekheid op een stokje, het is verdomd moeilijk om te kiezen onder welk van deze bizarre omstandigheden we willen wonen. 

maandag 20 juni 2011

Verkeerd verbonden

Als je iemand aan de lijn hebt die eigenlijk iemand anders probeerde te bellen, zeggen de meeste mensen:

“Verkeerd verbonden”

Mijn papa niet. Mijn papa zegt:

“Ja mo tgo verzekers nie vo mie zien want klapn ik vlams”

zaterdag 11 juni 2011

Over sleutels

In de voorbije maand veranderde mijn leven op vele vlakken. Dat kan je zien aan mijn sleutelbossen die ik overal meedraag.

Eerst en vooral is de fietssleutelbos. Hoe meer fietsen er gestolen worden hoe omvangrijker die werd. De oude sleutels blijven erbij, ook al zijn die in principe onbruikbaar geworden. Ik heb helemaal geen fiets of fietsslot meer voor die sleutels, maar de veel te grote sleutelbos is tegelijk ook een dagelijkse reminder voor mezelf die zegt: “Sluit je fiets goed. Voor je het weet ben je hem weer kwijt. Hoe leuk is het niet dat je dat allemaal met een fiets kan doen en niet moet wandelen!”

Aan mijn ‘gewone’ sleutelbos is er ook veel veranderd. Ik had eerst drie sleutels: één van de auto, één van thuis en één van mijn werk. Op eenendertig mei kon ik daar eentje van wegnemen, en gaf ik mijn sleutel af na mijn laatste werkdag. Vanaf dat moment hield ik een heerlijk lichte sleutelbos over. En neen, ik heb het niet over het gewicht van de sleutel, maar wel over het gewicht van het werk.

De heerlijk lichte sleutelbos kon niet blijven duren, en vandaag kwamen er uit een zeer onverwachte hoek twee nieuwe sleutels bij. Daar stond ze plots met twee sleutels in haar hand: “Alstublieft. Mijn reserve sleutels. Voor jou.” Daar hangen ze nu te pronken, want ze zijn toch echt meer dan dat beetje ijzer. ze zeggen tegen mij: “This is getting serious”. En wil je eens wat weten? Ik vind dat eigenlijk best wel leuk.